Biografie van Helmut Wagner [Biografia de Helmut Wagner]

WAGNER, RUDOLF HELMUT (Helm) [5.8.1904-22.4.1989], alias RUDOLF SPRENGER, H.W., S.P., geboren in Dresden, leraar, technicus, socioloog. Onderwijs op een technische school; leraar in he volwassenenonderwijs (1925-1932), later in Amerikaanse ballingschap gereedschapsmaker, later socioloog.
In 1928-1931 publiceerde de zeer jonge socioloog uit Dresden brochures of boeken over Geslacht en maatschappij (1928), De aard van de seksuele liefde (1930), Sport en Arbeiderssport (1931).
Rond 1929, een van de leiders van de linkse oppositie in de SPD Dresden; contacten met de Berlijnse SWV, oprichting van een “Rote Kämpfer Gruppe” in Dresden. Beslissende invloed op de Jonge Socialisten. Op hun Pasen 1931 Reichsconferentie, woordvoerder van radicaal linkse vleugel. Mede-initiatiefnemer van de jong proletarische ordedienst. Publicatie van het boek Sport en Arbeiders-sport 1931. Hij was de auteur van het actieprogramma van de “Groep revolutionaire socialisten”, die op 22 september 1931 op de buitengewone conferentie van de SPD-oppositie in Dresden werd besproken. Hij is daarom op 29 september uit de SPD uitgesloten.
Daarna speelde hij een beslissende rol in de vorming van de groep “Rote Kämpfee”. Hij ontwerpt (alleen of met behulp van de “Rote Kämpfer”?)  de Stellingen over het bolsjewisme, die werden gepubliceerd in augustus 1934 in Amsterdam werden gepubliceerd door de GIC. De bolsjewieken worden beschreven als “burgerlijk” en de Russische revolutie als een “alleen maar burgerlijke” revolutie (zie stellingen 45 en 46).
Hij werd in 1934 gedwongen Duitsland te verlaten nadat zijn staatsburgerschap was ingetrokken vanwege zijn kritiek op het nazi-regime. In Zürich publiceerde hij het tijdschrift Der internationale Beobachter, die vooral een linkssociaaldemocratisch persdienst was. Hij schreef zoals boven vermeld een belangrijke sociologie van het bolsjewisme vanuit het standpunt van het “linkse socialisme”, dat later in het Engels werd gepubliceerd.
Tijdens de Spaanse oorlog schreef hij een kritisch artikel over het anarchosyndicalisme en de concrete uitwerking ervan. Hij kwam tot de volgende conclusie:
“…de bolsjewieken geven een antwoord, zelfs een heel concreet antwoord, op de vraag van de technische organisatie, ze zijn voor een absolute centralisatie onder leiding van een dictatoriaal apparaat. De syndicalisten daarentegen, met hun streven naar ‘onafhankelijkheid van de individuele bedrijven’ weten zelfs niet dit probleem op te lossen. Voor zover zij daarentegen in de praktijk er een bijdrage aan leveren, dan met het opgeven van het zelfbeschikkingsrecht van de arbeiders. Want het zelfbeschikkingsrecht van de arbeiders over de bedrijven en de centralisatie van het beheer van de productie zijn nu eenmaal niet te verenigen zolang de basis van het kapitalisme, de geld- en wareneconomie niet vernietigd kan worden en een nieuwe ordening op basis van de gemiddelde arbeidstijd in het leven is geroepen. De werknemers kunnen de invoering van de laatste niet verwachten van de partijen, het vereist hun eigen actie”.
Aan de andere kant, wat de Spaanse oorlog betreft, steunde hij de militaire mobilisatie rond anarcho-syndicalistische vakbonden:
“De Spaanse arbeiders kunnen het zich niet veroorloven om effectief tegen de vakbonden te vechten omdat dit zou leiden tot een volledige mislukking op de militaire fronten.  Ze hebben geen alternatief: ze moeten tegen de fascisten vechten om hun leven te redden, ze moet alle hulp, waar die ook vandaan komt, accepteren”.
In ballingschap in Zwitserland houdt hij zich bezig met sociale wetenschappen en werkt hij als technicus in het Zwitserse leger.
1940 Verhuizing naar de VS; hij publiceerde onder het pseudoniem RUDOLF SPRENGER delen van zijn bolsjewistische sociologie in zijn Engelse brochure Bolshevism.
Na zijn emigratie naar de VS werkte hij eerst als gereedschapsmaker, daarna, rond 1951, aan de “New School for Social Research” de studie van de sociologie weer op te nemen. Naast Alfred Schütz werd hij vooral beïnvloed door Carl Mayer, bij wiens project “Religion in Germany Today” hij was betrokken. Na het behalen van zijn doctoraat in 1955 gaf hij korte tijd les aan de New School, toen van 1956 tot 1964 als hoogleraar sociologie aan de Bucknell University, Pennsylvania. 
Tot 1985 stond hij aan het hoofd van de afdeling Antropologie en Sociologie bij Hobart & William Smith Colleges, New York, daarna gasthoogleraar aan de Boston University. Gebaseerd Weber’s ‘verstehende’ sociologie en onder de latere invloed van Alfred Schütz was hij was een van de belangrijkste exponenten van de “fenomenologische sociologie” in Amerika.
Aan het eind van zijn leven publiceerde Helmut Wagner in het Duits enkele belang-rijke boeken: Zum Verhältnis von ökonomischer Krise und Legitimationskrise. Ein Beitrag zur neueren Legitimationskrisendiskussion (1976); Die Doppelgesellschaft: Systemwandel in Polen (1981).

Hij stierf in 1989 in South-Dennis (Massachusetts).

Por Philippe Bourrinet: http://www.left-dis.nl/nl/WagnerBiografie.html.